Catania
Vanaf Amsterdam Schiphol maar ook via andere luchthavens kan je naar de luchthaven van Catania Aeroporto di Catania-Fontanarossa of Catania International Airport vliegen. De vliegtijd is zonder tussenstop circa 3 uur. Vanaf Amsterdam Schiphol vliegt Transavia.com, vanaf Eindhoven Airport vliegt Ryanair rechtstreeks naar Catania. Dit is dan wel in het zomerseizoen van april t/m oktober.
Catania is een havenstad wat in de 17e eeuw volledig verwoest werd vanwege een uitbarsting van de Vulkaan Etna en een aardbeving. Hierna werd de stad heropgebouwd in Barokstijl. Bijzonder is dat men hierbij vaak lavasteen gebruikte als bouwmateriaal. Hierdoor zie je nu nog in de stad donkergrijze of zelfs zwarte gebouwen. De stad Catania heeft een vrij klein historische stadscentrum dat sinds 2002 samen met acht andere barokke steden in de Val di Noto op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat. Wij waren o.a. bij de Piazza del Duomo. Aan de oostzijde van het grote plein staat de Kathedraal. Deze is gewijd aan Agatha van Sicilië, de beschermheilige van de stad. Deze is meermalen verwoest door aardbevingen en uitbarstingen van de nabijgelegen Etna . De aardbeving van 1693 verwoeste bijna de gehele stad waarna de kathedraal in de daaropvolgende jaren herbouwd werd in de stijl van de Siciliaanse barok.
Het huidige aanzien van de kerk stamt uit de 18e eeuw en is uitgevoerd naar de plannen van Giovanni Battista Vaccarini. De façade bestaat uit drie niveaus met Korinthische granieten zuilen, die waarschijnlijk uit het Romeinse theater van Catania zijn gehaald. De gevel is gedecoreerd met marmeren standbeelden van Sint-Agatha boven de ingang, Sint-Euplius rechts en Sint-Birillus links. De houten deur van de hoofdingang heeft 32 gebeeldhouwde panelen met daarop episoden uit het leven van de heilige Agatha, wapenschilden van pausen en christelijke symbolen.
De koepel dateert uit 1802. De klokkentoren werd oorspronkelijk in 1387 gebouwd met een hoogte van ongeveer 70 meter. In 1662 werd er een uitkijkpost toegevoegd waardoor de toren een hoogte bereikte van 90 meter. Tijdens de aardbeving stortte de toren in. Pas in de 19e eeuw werd hij herbouwd door Carmelo Sciuto Patti. In de 70 meter hoge toren hangt de op twee na grootste kerkklok van Italië, na die van de Sint-Pietersbasiliek in Rome en die van de Dom van Milaan. Het voorhof van de kathedraal wordt gescheiden van het Piazza del Duomo dooreen smeedijzeren hek, versierd met bronzen beelden van tien heiligen. De tuin aan de noordzijde van de kathedraal wordt omringd door een marmeren balustrade die is versierd met vijf grote standbeelden van heiligen in Carrara marmer .
Het interieur van de kathedraal is door pilaren in drie schepen verdeeld. In de middelste apsis staat het hoofdaltaar, in de linker apsis bevindt zich de sacramentskapel en in de rechter apsis bevindt zich de kapel van de heilige Agatha. In die kapel worden in een met juwelen versierde zilveren reliekschrijn de relikwieën van de heilige Agatha bewaard. Aan de zuidzijde van het transept bevindt zich de Kapel van de heilige crucifix met sarcofagen van leden van het Aragonese koningshuis, onder wie: Frederik II, Lodewijk, Frederik III en Constantia. In de kathedraal bevindt zich ook het graf van de componist Vincenzo Bellini.
Op het plein staat verder het symbool van de stad de fontein Fontana dell'Elefante ('U Liotru') - fontein van de olifant. De olifant is gebeeldhouwd uit zwarte lavasteen en draagt een granieten obelisk. De olifant werd toevallig ontdekt door Vaccarini n de puinhopen van de stad na de aardbeving van 1693. Deze olifant stamt uit de Romeinse tijd en stond waarschijnlijk op het uiteinde van de verhoging in het midden van een renbaan. Ook de obelisk werd toevallig gevonden. Hij komt oorspronkelijk uit Egypte en er zijn symbolen ter ere van Isis in gegraveerd. De zwarte olifant werd door Vaccarini op een witte met beelden versierde sokkel geplaatst. Vervolgens werd er boven op de olifant de obelisk met daarop een kruis geplaatst om de stad tegen verder onheil te beschermen.
Waar je ook meot gaan kijken is de Vismarkt. Deze bereik je via een trap vanaf de Piazza Duomo. Men kan er een groot aanbod aan vis en zeevruchten zien. Maar behalve vis worden er ook andere eetwaren op de markt verkocht en in de straten rond de markt zijn meestal eetstalletjes aanwezig. Je kan hier vaak Siciliaanse specialiteiten krijgen.
Maar wandel ook door de straten rondom zoals de Via Crociferi met diverse barok paleizen. Of de Via Etnea de hoofdstraat van Catania. Deze met lava gehouwen straat begint op het zuidelijke gedeelte van de Piazza del Duomo voor de kathedraal van Catania en loopt ongeveer drie kilometer naar het noorden richting de vulkaan Etna. Het is zowel een winkelstraat met luxere winkels, cafeterrassen en veel geflaneer maar is ook interesant door o.a. de Basilica della Collegiata en de Piazza del’ Universitá.
Op het plein Piazza Stesicoro bevinden zich de resten van een Romeinse amfitheater van Catania uit de 2e eeuw na Christus die na opgravingen aan het licht kwamen. Hier staat ook een monument van de componist Vincenzo Bellini die in Catania is geboren. Zijn geboortehuis staat op het Piazza San Francesco en in het Museo Belliniano dat hier nu gevestigd is komt je meer te weten over het leven en het werk van Bellini. Het Teatro Massimo Bellini is naar de componist vernoemd en dit theater werd in 1890 ingewijd met de opvoering van zijn stuk Norma.
Tegenwoordig kunt je hier mooie opera’s bijwonen. Het seizoen loopt van oktober tot juni. Behalve dit theater vindt u in Catania vele andere moderne theaters, maar bijzonder genoeg ook drie antieke theaters. Aan de Via Vittorio Emanuele ligt het Teatro Romano, dat gebouwd is van lavasteen en laat zien hoe vroeg men al gebruik maakte van dit materiaal in de constructie van gebouwen. Naast dit theater ligt nog een kleiner odeon.
Vanaf Catania reden we naar Milazzo. Dit is rit van ongeveer 130km (ca. 1 ½ uur) gedeeltelijk over een tolweg. In Milazzo namen we een ferry naar de Eolische Eilanden. Met de ferry van Siremar (ook enkele andere maatschappijen gaan naar de Eolische eilanden) gingen we naar Lipari een van de Eolische eilanden. Vanuit hier gingen we ook met de boot naar de eilanden Vulcano en Stromboli die niet ver er van af liggen. Kijk voor meer info op de volgende pagina’s.