Introductie Ecuador
In juni 2013 hebben we een 21 daagse reis met Djoser naar Ecuador en de Galapagos eilanden gemaakt. We vlogen vanaf Schiphol rechtstreeks in 11.30uur naar Ecuador naar de luchthaven Aeropuerto Internacional de Quito , op het Tababela-plateau, zo'n achttien kilometer ten oosten van de stad Quito. Het is een nieuwe luchthaven die sinds 20 februari 2013 operationeel is. Het is een van de hoger gelegen luchthavens ter wereld.
Tijdens deze reis wisselde cultuur en natuur elkaar goed af. Met als afsluiting de Galapagos eilanden. Deze worden in een apart gedeelte van mijn website besproken.
De reis begon in de hoofdstad van Ecuador Quito. Hier gingen we naar een uitzicht punt (4050m) met de kabelbaan de Teleférico waar we uitzicht op de stad hadden. Dit was de eerste plek waar we echt merkte dat we op hoogte waren. Men had snel ademnood. Ikzelf zou helaas regelmatig last krijgen van verschijnselen van hoogteziekte. Hierna naar het beeld van de Heilige Maagd van Quito wat je vanaf de oude stad zag liggen. Je zag vanaf hier de kathedraal waar we afgezet werden. Vanaf hier een wandeling gemaakt door de stad met zijn vele kerken en vele pleinen. Een van de pleinen was de Plaza de la Independencia waar het presidentieel paleis en ook een kathedraal staat. Op het plein is ook een klein parkje. In een van de straten die op het plein uitkomt ligt de kerk La Iglesia de la Compañía de Jesús. Van binnen is dit een van de rijkst versierde kerk die ikzelf ooit gezien heb. Overal waar je kijkt met bladgoud versierde beeldhouwwerken, kunstwerken en een mooi altaar. Deze kerk moet je zeker gezien hebben.
Na Quito zijn we naar de Evenaar gereden bij Mita del Mundo waar we natuurlijk enkele proefjes moesten doen op de evenaarslijn. Hier was ook een openluchtmuseum over Indianen gevestigd. Daarna naar Otavalo gegaan. Hier is dagelijks een (toeristen)markt maar op zaterdag komen de lokalen naar de stad om hun inkopen te doen op de markt met ook vele lokale producten. Op de toeristenmarkt vele stoffen, kleden, oncho’s, truien e.d. met lokale motieven. Je hebt er ook het plein Parc Bolivar. Een heerlijk plein om even te gaan zitten op de vele bankjes die er staan. Je hebt er het standbeeld van Rumiñawi (Rumiñahui – Rumiaoui)van de laatste Inca krijgers die probeerde zich te verzetten tegen de Spaanse invasie. Verder op het plein de kerk Iglesia San Luis Y Park Bolivar en het stadhuis. In de omgeving van Otavalo zijn we naar het kratermeer van Cuicocha gegaan waar we een wandeling hebben gemaakt om het meer met uitzicht op de Cotacachi vulkaan.
Bij een rivier stapten we over op een boot/kano met buitenboordmotor waar we mee naar de ecolodge gingen waar we 3 nachten zouden verblijven. Tijdens ons verblijf in de jungle hebben we diverse activiteiten gedaan. De eerste ochtend hebben we een wandeling door de jungle van ca. 3 ½ uur gemaakt. We moesten laarzen aan. Zaten te twijfelen of wandelschoenen genoeg was maar kwamen er al snel achter dat deze onmisbaar waren. Tijdens de wandeling was het erg nat en drassig. We liepen door primair en secondair regenwoud. We zakten al snel weg in de modder tot de rand van de laars. Gelukkig alleen in de nabijheid van rivier of beekjes. Onderweg regelmatig uitleg over de bomen, planten en soms dieren zoals de citroenmier die we tegenkwamen. Vond het wel een avontuurlijke wandeling. In de middag een lokaal huis bezocht met uitleg over o.a. een delicatesse klaarmaken, bepaalde grote larven uit een boom.
De tweede dag gingen we met de boot weg over de Chontayacu-rivier. Met de boot vaarden we in 1 ½ uur door een prachtig groen landschap. Afwisselend laag en hoge begroeiing van grassen, lage struiken tot bomen van wel 40-50 m hoog. Vaak waren deze erg recht omdat ze zo vlug mogelijk boven de andere begroeiing uit wilden komen. Apart gezicht. We gingen naar een dierenopvangcentrum waar we een rondleiding kregen. Er waren vele dieren die als huisdier waren gehouden maar op een gegeven moment niet handelbaar meer waren. Op de terugweg zagen we goudzoekers op de oevers.
De volgende bestemming was Baños een niet al te grote plaats dat bekend is om de zwavelhoudende warmwaterbronnen . Hierdoor is het erg toeristisch. We gingen naar een waterval El Pailón del Diablo en zijn gaan wandelen in de omgeving. We volgden een wandelpad langs een snelstromende rivier en beklommen een heuvel waar we uitzicht hadden op Baños. In de Baños heb je 2 pleinen met park. Bij een van de pleinen was de kerk en klooster Nuestra Senora del Agua Santa, Church of the Virgin of the Holy Water. In de kerk vindt je aparte schilderingen van rampen die door hulp van Maria goed zijn gekomen.
Vanaf Baños gingen we naar de Chimborazovulkaan (6310m) door een landschap met vele landerijen en akkerland. Zelfs tot circa 4000m zag men deze liggen tegen de heuvels in kleinere groene vlakken. Na circa 3 uur rijden kwamen we bij het park waar we de boomgrens van 4300m overgingen en waarna de begroeiing alleen nog bestond uit grassen en zeer lage struikjes. Nadat we even gestopt waren bij het parkcentrum gingen we via een grindweg naar 4800m hoogte waar een schuilhut - Climbers’ Refuges en monument stond. Hier hield de weg op. De temperatuur was erg gedaald sinds de ochtend. Vanwege de hoogte was het ongeveer 10°C. Vanaf het monument klommen we via een makkelijk begaanbaar en niet al te stijl pad naar de 5000m. Maar door de hoogte was het wel erg vermoeiend. Ikzelf kon slechts met kleine aantallen pasjes omhoog komen waarbij ik regelmatig moest rusten. Enkele medereizigers konden de klim niet maken. De hoogteziekte sloeg bij mij en sommige andere toe. Maar heb de 5000m wel gehaald. Hier een schuilhuisje waar een bord stond waarop de hoogte stond aangegeven. Enkele zijn nog iets verder geweest naar een meertje iets hogerop. Daarna afgedaald en na wat uitgerust te hebben ben ik met de bus naar teruggereden naar beneden. De meeste reisgenoten gingen met een mountainbike bergaf en zo verder door het Nationale Park naar een plaats waar we ze weer oppikten.
Na ongeveer 2 ½ uur rijden kwamen we daarna aan in Cuenca. De derde stad in grootte in Ecuador (400.000 inwoners-2003) Ons hotel lag in het oude centrum van de stad centraal gelegen. Vele winkels van verschillende prijsklasse, kledingwinkels en verder van alles. Door de stad gelopen waar we vele pleinen, kerken en ook vele statige panden tegen kwamen. Bij het Parque Calderón zagen we de Catedral de la Inmaculada Concepción), ook wel de nieuwe Kathedraal genoemd. Aan een andere zijde van het plein de oude Kathedraal of Iglesia del Sagrario. Een prachtige stad om doorheen te lopen.
Bij Cuenca bezochten we in de ochtend het Parque Nacional Cajas. Deze ligt ongeveer 1 uur rijden van de stad. Vanaf de stad ging het stijgend omhoog naar circa 4000 meter hoogte. Wisselend berg en heuvellandschap met begroeiing van diverse soorten bomen, struiken en op de hoger gelegen stukken alleen mos. Het gebied van het Nationale Park en omgeving houd door de samenstelling van de begroeiing veel vocht vast. Deze wordt via vele stroompjes, beekjes en riviertjes afgevoerd. Deze zijn vaak snelstromend waardoor hier veel waterkrachtcentrales zijn. De watervoorziening komt hier ook grotendeels vandaan. In het park hebben we een prachtige wandeling gemaakt. We hadden geluk dat we strakblauwe lucht hadden wat hier blijkbaar niet zo vaak voorkomt. We liepen door het zompige landschap over vaak mossen en andere vochtvasthoudende planten. Onderweg vele kleine en grotere meertjes met vele mooie bloeiende bloemen en struiken. Een erg aparte omgeving wat zeker een aanrader is.
Bij vertrek uit Cuenca zijn we weer dwars door het park gereden met zware bewolking richting de Westkust. We vertrokken vroeg naar Puerto Lopez om daar aan de einde van de middag aan te komen. Puerto Lopez is een niet al te grote plaats met strand met strandtentjes. Een hoofdstraat langs het strand en vele toeristenwinkeltjes. Restaurants en bars waren er wel maar niet zo grote. De stad moet nog toeristisch groeien en moet zeker opgeknapt worden. Het zag er vaak armzalig en verwaarloosd uit. In Puerto Lopez zagen we op het strand ook vele vissers terugkomen met hun vangst. Deze werd er direct verhandeld, schoongemaakt en/of vervoerd.
Kustplaats Puerto Lopez, Ecuador is het startpunt van een 2-1/2uur durende boottocht naar het eiland Isla de la Plata. Kosten ca.40USD, half juni ca.20-25C maar neem wel water e.d. mee. Op eiland en boot is vaak niets te krijgen. Met geluk kan men dolfijnen en half juni tot oktober Bultrugwalvissen (Megaptera novaeangliae) spotten tijdens de boottocht. Ze gaan dan in deze omgeving paren en daardoor zijn ze vaak te zien. Wat een prachtig gezicht als ze uit het water springen en of als ze glooiend door het water zwemmen. De walvissen heb ik gezien.
Vanaf de boot door het water naar het strand en dan verzamelen voor wandeling over het niet al te groot eiland. Het eerste stuk was een steil stuk met vele trappen door bossen. Daarna een uitzicht punt met prachtig zicht op kliffen en zee. Vanaf hier splitste de wandeling in drieën, kort (1 ½uur)-middel (2 ½ uur - afgesloten vanwege op pad broedende vogels) of lang (3 ½ uur)
Wij namen de lange wandeling met vogels vaak in grotere hoeveelheden. Het eerste gedeelte was het domein van de blauwvoetgent of Blue-footed Booby. Vaak zagen we deze als stelletje soms zelfs met eieren of jongen. Je moest regelmatig omlopen om ze te ontwijken. Geluk hadden we om een stelletje blauwvoetgent hun paringsritueel te zien opvoeren. Ze dansten korte tijd om elkaar heen met fladderende vleugels en snavel in de lucht. Hierna raakte het mannetje met zijn poot het vrouwtje aan en de paring begon door op het vrouwtje te gaan. Dit laatste duurde slechts kort. Het mannetje blijft verder wel bij het vrouwtje totdat de jongen groot zijn. De Booby is een prachtige vogel ongeveer de grote van een gans met lichtblauwe poten, donkerder blauwe snavel, witbruin gevlekte kop en rug, vleugels en staart zijn egaal bruin, de buik en borst wit. Langs een kust pad en bij de kliffen vele fregatvogels Ze zaten met vele honderden in de bomen en op de rotsen. Vele mannetjes waren vrouwtjes aan het hof maken. Dit was te zien aan de rode keelzak die ze opzetten om zo de vrouwtjes te imponeren. Zoveel vogels op zo’n kleine oppervlakte was erg indrukwekkend om te zien. Onderweg nog vele vogels als diverse meeuwsoorten, Nazcagent en de Roodpootgent . Isla de la Plata is zeker een must als je in Ecuador bent. We hebben hier meer fregatvogels en blauwvoetgenten gezien dan bij Galapagos eilanden.
Na Isla de la Plata terug naar Puerto Lopez waarna we langs de kust naar Guayaquil reden. Hier hadden we een hotel vlak bij het Parque Seminario met hier het beeld van Simón Bolívar. Maar de attractie in het park zijn de vele duiven en vooral de leguanen die hier vrij rondlopen of in de bomen zitten. Bij het plein de Catedral Metropolitana de Guayaquil. Vanuit het plein liepen we naar de lt Guayas-rivier . We kwamen hierbij langs rijksgebouwen o.a. de in neoclassicistische architectuur gebouwde Palacio Municipal . Bij de rivier een moderne rivierboulevard de Malecón 2000. Het is een mix van parkachtige beplanting, winkels, restaurants, kunstige architectuur. Er ligt ook het tallship Guayas . Aan het einde van een van de zijde van de boulevard ligt de historische wijk Las Peñas. Oude gekleurde huizen tegen een helling gelegen.
Guayaquil was de laatste bestemming op het vasteland van Ecuador. Hierna zijn we met het vliegtuig naar de Galapagos eilanden gevlogen. Kijk hiervoor op de pagina’s van Galapos eilanden – Ecuador.