Gwalior - Madhya Pradesh
Na het bezoek aan Agra met zijn Taj Mahal en het Agra Fort zijn we naar Gwalior gereden. We hadden wel veel mist in de ochtend. Blijkbaar is dat normaal in december-januari. In Gwalior zijn we naar het Gwalior Fort gegaan. Het is een van de grootste forten in India en er is zelfs een postzegel uitgegeven door de Indiase Postal Service om het belang van dit fort te herdenken. Toen wij er aankwamen hadden we helaas weinig uitzicht door de mist. Normaal heeft men een prachtig uitzicht over de oude stad Gwalior. Het fort en haar gebouwen zijn goed onderhouden en hebben vele historische monumenten, Hindoe -en Jain tempels ( 11 heiligdommen, zeven hindoetempels) en paleizen, waarvan de bekendste het Man Mandir paleis, de Gujari Mahal (nu een archeologisch museum ), de Jahangir Mahal, het Karan Paleis en de Shahjahan Mahal. Het fort, dat een opvallende verschijning is, is gebouwd op een lange, smalle, steile heuvel, genaamd Gopachal en strekt zich uit over een gebied van drie vierkante kilometer. Het fort 11 m in hoogte is gebouwd op massieve zandstenen rotsen. De muren van het fort zijn gebouwd langs de rand van de heuvel. Deze muur is verschillend van hoogte vanwege de topografie van de grond waarop het gebouwd is. Het heeft twee grote toegangspoorten een in het Noordoosten en een in het Zuidwesten. De poort in het Noordoosten bereik je via een lange oprit waarna je via zes poorten uitkomt bij de hoofdingang de Hathi Pul of Olifanten Poort genoemd omdat olifanten deze poort konden gebruiken om het fort in te gaan. Naast de Hathi Pul poort is er nog een andere grote versierde poort de Badalgarh Gate.
Aan de oostelijke kant van het fort domineert de gevel van het Man Mandir paleis. Het is gebouwd in de 15e eeuw maar gerenoveerd in 1648. De Man Mandir is een opmerkelijk hindoe paleis gebouwd in het fort door Man Singh Tomar. Het paleis heeft verschillende ronde torens met overkoepelende paviljoens. De wanden hebben verschillende niveaus. Daarom noemt men het ook wel een 'geschilderd paleis' of 'Chit Mandir'. Het geschilderd effect wordt geleverd door de stijl tegels in turquoise, groen en geel waarbij ook geometrische patronen van ganzen en krokodillen die verstrengeld met hun staarten zijn gemaakt. De borstwering van het fort toont olifanten, pauwen en bomen.
Wij hebben het Man Mandir paleis van binnen bezocht. Men heeft er binnenplaatsen omsloten door appartementen rondom die vaak geperforeerde schermen of 'Jalis' hebben. De gevels zijn prachtig bewerkt met o.a. gesneden haakjes in de vorm van lotusblaadjes en gekleurde bewerkte tegeltjes. Ook mooie prachtige gebeeldhouwde mythologische figuren in de hoeken van de plafonds. Ook is er een badruimte en een gevangeniskerker in de kelders van het paleis waar vele koninklijke gevangenen van de Mughal-dynastie werden opgesloten en vermoord. Dit fort is met de versiering veel verfijnder dan bijvoorbeeld het Agra Fort.
In de buurt van het Man Mandir paleis vindt je de Gujari Mahal een paleis gebouwd voor Raja Man Singh voor zijn vrouw Mrignayani, een Gujar prinses. Ze eiste een apart paleis voor zichzelf met regelmatige watertoevoer. Water wordt aangevoerd door middel van een aquaduct constructie uit een nabijgelegen bron van de rivier de Rai. Een waterreservoir ligt langs het gebouw. De Mahal is goed onderhouden en er is een archeologisch museum in gevestigd. Er zijn o.a. zeldzame artefacten te zien van Hindoe en Jain sculpturen gedateerd van de 1E en 2de eeuw voor Christus.
Na het bezoek aan het paleis zijn we naar de Sas Bahu Ka Mandir tempels gegaan. Het zijn een kleine en een grote tempel die op een platform staan. De grotere tempel is rond 1093 na Christus gebouwd. Deze tempels oorspronkelijk gewijd aan Vishnu en de oorspronkelijke naam van hebben een piramide vorm dat is opgebouwd uit balken en pilaren. Op de tempelmuren zie je prachtig gesneden verhalen uit de Mahabharata en de Ramayana en beelden van Brahma Vishnu en Mahesh. De tempels hebben een zelfde indeling met een altaar, een mandapa (een met zuilen omringde gebedsruimte) met ontsluitingen en een veranda. Het unieke kenmerk van de Bahu tempels is dat de wanden versierd zijn met acht vrouwelijke beeldjes en een rijk gebeeldhouwd plafond. Ze zijn zeker een bezoek waard.
Hierna zijn we naar de tempel Teli-ka-Mandir of Oilman's Temple gegaan. Deze wordt gezien als het oudste monument in het fort met een unieke mix van bouwstijlen (fusie van Zuid-Indiase en Noord-Indiase stijlen) Men noemt het ook wel een brahmaanse heiligdom. De vorm van het dak wordt steeds smaller naar boven toe dit noemt men de Dravidische stijl en de versieringen zijn van een Indo Aryan stijl. Decoraties zijn van de Nagara stijl een bekende kunstvorm in Noord-India. Je ziet er o.a. beeldhouwwerken van godinnen, opgerolde slangen, verliefde stelletjes en een vliegende garuda het voertuig van Vishnu.
Als afsluiting zijn we naar Gopachal Parvat of de "Ek Patthar ki Bavadi" zoals het in de volksmond bekend is gegaan. Hier zagen we mooie en unieke oude beelden van Jain tirthankara. Prachtige uit de rots gehouwen beelden waarvan het idool van Lord Parshvanath op een lotus zit de grootste is. Deze heeft een hoogte van 47 meter en een breedte van 30 meter en is uit een stuk rots gehouwen. Totaal zijn er 26 Jain beelden klein en groot die gemaakt zijn tussen 1398-1536 door de Tomar koningen Raja Veermadev, Kirtisingh & Dungarsingh. Zeker een stop waard om langs deze prachtige indrukwekkende beelden te lopen.
Na Gwalior zijn we doorgereden naar Orchha en Khajuraho met zijn Hindu en Jain Tempels met erotische beeldhouwwerken.